Taalgebruik en communicatie via de marifoon. Marifoontaal, de gespreksdiscipline en de bijbehorende etherdiscipline. Bij radioverkeer tussen scheepsstations en walstations (Meer over walstations) wordt de taal gebruikt van het land waar het vaste station zich bevindt. In Nederland gewoon in het Nederlands en in België gewoon in het Belgisch. Bij onduidelijkheid is de officiële spreektaal zoals gemeld in het betreffende reglement van de waterpolitie. Is er geen taal gespecificeerd dan mag volgens het handboek marifonie (nu nog) elke gepaste taal gebruikt worden.
Voertaal via de marifoon voornamelijk Duits
Tot eind vorige eeuw werd op de lagere zeevaartscholen alleen les gegeven in Nederlands en Duits. Niet in het Engels. Na een overgangsperiode die tot 2022 duurt is de voertaal Engels, mits er geen taal in het politiereglement is gespecificeerd. Echter niet het gangbare Engels maar een meer vereenvoudigde variant het zogenaamde riverspeak.
Communicatie via de marifoon voornamelijk Nederlands, Engels en Duits
Voorbeeld: je vaart met klein motorschip “Albatros” en je meldt je via de marifoon bij een sluis en vraagt of je mag schutten.
Nederlands | Engels | Duits | |
---|---|---|---|
1. | Sluis Amerongen | Lock Amerongen | Amerongen Schleusse |
2. | dit is | this is | hier ist |
3. | Klein motorschip Albatros | small ship Albatros | kleines schiff Albatros |
4. | Afvarend | downstream | zu tal |
5. | Ik wil graag schutten | to pass the lock | Ist die einfart in de Schleusen frei |
6. | over | over | Bitte kommen |
- Je roept eerst de brugwachter of sluismeester op. (Maximaal 3x achter elkaar).
- Dit is / this is / hier ist / ici (Frans).
- Je meldt wat voor schip je bent. Klein schip / small ship / kleines schiff. Voor de scheepvaart is het belangrijk of je onder de categorie een groot- of klein schip valt. Meer over klein schip.
- Je meld waar je bent in de afvaart/ opvaart. Maar ook een plaats of een herkenbaar punt is goed. De sluismeester weet namelijk vanaf welke kant je komt en hij of zij weet waar je ongeveer vaart. Meer over op- en afvaart
- Je geeft aan wat je bedoeling is: schutten.
- Je verhaaltje is klaar dat geef je aan met het woord: over
Let op de volgorde
- Eerst roep je het station op: sluismeester/brugwachter ander schip. Dan schud je als het ware degene die je wilt oproepen ‘wakker”.
- Je meldt wie je bent. Duidelijkheid meld wat voor soort schip je bent en of je een groot of klein schip bent.
- Je meldt waar je bent. Mag ook een markant punt zijn. Denk aan een bepaalde boei, dorp, vuurtoren.
- En je maakt kenbaar wat je bedoelingen zijn.
Het hoeft niet perfect!
De communicatie via de marifoon hoeft allemaal niet zo perfect te zijn. Zolang je je maar houdt aan de gespreksdiscipline en als de boodschap maar duidelijk is. Dat iedereen weet wat je bedoelingen zijn. Probeer echter spraakverwarring en onnodige communicatie zoveel mogelijk te voorkomen. Zie ook: oproep-en-spraakprocedure
Veel voorkomende termen in de communicatieNederlands | Engels | Duits |
---|---|---|
motorboot | motorboat | Motoryacht |
motorsailor | motorsailor | Motorsegler |
zeilboot | sailing yacht | Segelyacht |
afmeren | mooring | Liegeplatz |
meerboei | mooring buoy | Festmachtonne |
ankerplaats | anchorage | Ankerplatz |
Bolder, meerpaal | bollard | Poller |
steiger | jetty | Anlegsteg |
Toets Communicatie via de marifoon
Heb je de tekst doorgenomen? Dan moet jij deze 7 praktijkvragen probleemloos kunnen oplossen. Deze vragen kan je tegenkomen tijdens het marifoon examen basiscertificaat. Wist je dat we al een videocursus hebben inclusief alle examenvragen 2023/2024 voor nog geen100 euro. Meld je vandaag nog aan.